Een Apotheker is verantwoordelijkheid voor het uitgeven van geneesmiddelen aan cliënten. Een Apotheker moet duidelijke voorlichting kunnen geven aan cliënten over het gebruik en de werking van geneesmiddelen. Er kan eventueel advies gegeven worden aan de cliënt over de therapie die gevolgd wordt. Een Apotheker moet problemen kunnen signaleren en moet goed luisteren naar de klachten van cliënten. Daar moet op worden ingespeeld bij het zoeken naar de juiste geneesmiddelen.

Een belangrijke taak is het controleren en interpreteren van recepten die voorgeschreven zijn voor cliënten. De Apotheker moet de combinatie en dosering van geneesmiddelen controleren en voert wanneer nodig overleg met de betrokken arts. Hij onderhoudt ook contacten met collega’s en verzekeraars. Binnen de apotheek kan een Apotheker leiding moeten geven aan apotheekassistenten.

Verder kan een Apotheker de verantwoordelijkheid hebben over de bereiding van geneesmiddelen, mits deze binnen de apotheek zelf gemaakt worden.  In dit geval moeten er protocollen worden opgesteld over de bereidingsmethoden.

Een Apotheker kan op veel verschillende plaatsen werken zoals een zelfstandige apotheek, in het ziekenhuis, bij de overheid of in een laboratorium. In een zelfstandige instelling is de Apotheker verantwoordelijk voor de organisatorische kant ervan (zoals inkoop, opslag van materialen en financieel beheer) en moet er leiding aan het personeel gegeven worden.

Een Apotheker moet op de hoogte blijven van het aanbod aan geneesmiddelen.

Het salaris van een Apotheker ligt tussen de €3200 en €4290. Dit is de salarisindicatie van een Apotheker die niet in een ziekenhuis werkt. Een Ziekenhuisapotheker verdient ongeveer  €4500 bruto per maand, wat kan oplopen tot €7595 bruto per maand.

Een zelfstandige Apotheker is afhankelijk van de omzet  van de apotheek. Het gemiddelde salaris ligt tussen de €70.000 en €80.000 bruto per jaar.

 

Openingstijden:

Maandag tot en met vrijdag 8:00-18:00